'Een goed begin is het halve werk' is een bekend gezegde. Ook voor je (training) sessie met je paard is de start best heel belangrijk! Hieronder 13 punten die aandacht vragen voordat je gaat rijden:
1. Als ruiter kom je in het nu-moment
Focus op wat je nu ziet, hoort, ruikt en voelt en laat je gedachten aan je voorbij drijven.
- 2. Zorg als ruiter voor een rustige buikademhaling
Door stess/spanning raken je hersenen geblokkeerd waardoor je niet meer goed kan nadenken en communiceren. Focus je op je ademhaling, leg je handen op je buik en adem naar je handen toe.
- 3. Paard komt naar jou toe
Hoe graag wil je paard bij je zijn (zonder voerbeloning!)?
Komt je paard nog niet naar je toe dan ben je wellicht voor je paard nog niet aanwezig genoeg of ervaart je paard het contact nog niet voldoende positief. Ga dan na wat je met je paard doet en hoe je dat doet. En misschien is het wel goed om eens niks samen te doen. Geen opdrachten, geen vragen en geen verwachtingen.
- 4. Paard staat ontspannen stil bij halsteren/zadelen
Heeft je paard besloten bij je te zijn, kijk dan of je paard rustig kan blijven staan of dat hij eigenlijk al met 1 been bij de andere paarden is. Wacht je paard echt dan pas kan je zadelen/halsteren.
- 5. Ruiter is rustig en besluitvaardig
Laat je niet meeslepen door de emoties van je paard maar geef het goede voorbeeld door o.a. besluitvaardig te zijn.
- 6. Paard parkeert naast het krukje
Als je op wilt stappen is het prettig als je paard goed stilstaat en het liefst parkeert voor een opstapje. Laat je paard ervaren dat het erg leuk is bij het opstapje.
- 7. Ruiter neemt de tijd om het paard eerst aan te raken
Door niet meteen op te stappen (=menselijk lineair denken) maar het paard eerst te aaien of te masseren (kijk wat je paard fijn vindt) kan het paard echt wachten.
- 8. Ruiter stapt zo min mogelijk belastend op
Als je opstapt hou je met 1 hand de manen met eventueel de binnenteugel vast. En met de andere hand de buiten voorkant van het zadel. Bij het opstappen richt je je naar voren en omhoog, zo belast je je paard het minst.
- 9. Paard staat rustig stil bij opstappen
Paard wacht netjes totdat de ruiter vraagt om iets anders te doen.
- 10. Ruiter gaat zacht zitten en ademt rustig door
Ga eerst rustig zitten en adem door voordat je iets gaat doen.
- 11. Ruiter kan de teugels loslaten terwijl het paard echt stil staat
Door een respectvolle verbinding blijft het paard rustig staan zonder aangenomen teugels. Omdat hij weet dat je niet meteen iets van hem verwacht en omdat hij met ongevraagd lopen geen stap verder komt kan je de teugels loslaten.
- 12. Ruiter maakt bewust contact met zadel/rug van het paard
Voel dat je benen en billen contact maken met je paard. Kijk of je rustig in het zadel kan zakken en zo meer in dan op je paard gaat zitten.
- 13. Paard en ruiter zijn samen ontspannen
Voel dan jouw ademhaling en die van je paard en kijk of je samen kan ademhalen, één met je paard!
Welke punten vergen voor jou nog wat aandacht?